Conservatief en extreemrechts: hypocrisie troef

Ons antwoord op de verdeeldheid van extreemrechts: samen op straat tegen racisme, fascisme, seksisme en LGBTQI+-fobie

De afgelopen dagen werd de hypocrisie van zowel conservatief rechts als extreemrechts in de verf gezet. Bij conservatief rechts was er de vaststelling dat een mede-oprichter van de Hongaarse Fidesz-partij van Orban aanwezig was op een seksueel getint feestje in Brussel. Bij extreemrechts was er, voor het eerst!, effectief een sanctie tegen een VB-lid dat in het nieuws kwam na een nazi-schandaal. Doorgaans blijft het in dergelijke gevallen tot de aankondiging van een sanctie. Niet onbelangrijk detail: de uitsluiting van Carrera Neefs uit het Vlaams Belang is niet ingegeven door haar bezoek aan het graf van een nazi-collaborateur, maar door haar weigering om daar voorzichtiger mee om te springen op sociale media. Anders gezegd: het mag, zolang het maar niet geweten is. Dat is meteen ook de benadering van Fidesz rond homoseksualiteit.

Bloemen voor nazi’s

Het Vlaams Belang heeft geen probleem met het feit dat leden bloemen gaan leggen op graven van gekende nazi’s. Carrera Neefs kwam daarmee in de media: ze eerde Willem Heubel, een SS-vrijwilliger en de broer van de ‘zwarte weduwe’ Florentine Rost van Tonningen (die gehuwd was met de Nederlandse nazileider Meinoud Rost van Tonningen). Dat was voor het Vlaams Belang geen probleem. Parlementslid Laeremans verklaarde hierover: “Gij moogt dat doen, denk ik over die vrouw met die bloemen. Maar zet dat niet op Facebook.” (DS 20 november). Hij voegde eraan toe: “Mensen begrijpen die beelden op Facebook toch niet, daar hebben we geen baat bij.” Wie die beelden wel begreep, waren heel wat activisten van het Vlaams Belang die niet aarzelden om ze te liken.

Bloemen voor nazi’s zijn geen probleem voor het Vlaams Belang, maar negatieve aandacht in de media hiervoor is dat wel. Daarom werd Carrera Neefs, van wie al langer geweten is dat ze een overtuigde fasciste is, gevraagd om een partijcharter te tekenen waarin gevraagd wordt om voorzichtig te zijn op sociale media. Dergelijke gedachtenpolitie die optreedt tegen alle VB’ers die niet politiek correct genoeg zijn, volstaat doorgaans om incidenten af te sluiten. Neefs weigerde echter te tekenen en werd daarom uit de partij gezet. Ze haalde uit naar de partijleiding die “absurd hoge lonen opstrijkt” en “tegenstanders de agenda laat bepalen.”

Conclusie: nazisme herdenken mag in het Vlaams Belang, zolang het niet geweten is buiten de eigen kringen en er geen mediabelangstelling voor is. Als er wel mediabelangstelling komt, is zo’n herdenking “politiek uitermate onhandig,” om VB-voorzitter Van Grieken te citeren.

Politie haalt conservatieve homofoob uit de kast

Hongaars Europarlementslid Jozsef Szajer toonde dat dezelfde hypocrisie ook in conservatief rechts de norm is. Naar buiten uit is de medestander van Hongaars premier Orban (Fidesz) een conservatieve homofoob die gelukkig getrouwd is. Hij schreef mee aan de homofobe grondwet van Hongarije. Een politie-inval op een seksfeestje doorprikte deze schijn. Wat Szajer in zijn persoonlijk leven doet, gaat ons uiteraard niet aan. Zoals de organisator van het feestje opmerkte: “Hypocriet is het natuurlijk wel van hem, maar hij is de enige niet.”

Wat ons wel aangaat, is het homofobe beleid dat in Hongarije de norm is. Er is niet alleen de poging om de Gay Pride in het land te verbieden, onderliggend is er een heuse homofobe campagne bezig die veel gelijkenissen vertoont met Poolse campagnes, zoals de ‘LGBTQI-vrije zones’. Extreemrechtse groepen, agressie, homofobie en racisme worden openlijk aangemoedigd door de regering. Daarmee wordt gezocht naar zondebokken en hopen de rechtse regeringen tegelijk dat weg gekeken wordt van het eigen falen op sociaal vlak.

Het doorprikken van de hypocrisie van reactionair rechts is nuttig en zal bij veel activisten een glimlach veroorzaken. Tegelijk weten we dat er voor een effectieve strijd tegen de reactionaire conservatieve agenda nood is aan massaprotest. De beweging voor het recht op abortus in Polen toont het potentieel daarvan. Dat koppelen we best aan sociale eisen zodat we geen ruimte laten voor rechts en extreemrechts.

De affaire van Jozsef Szajer legt heel wat hypocrisie bloot: het Europarlementslid nam officieel ontslag omdat hij “moe” was. Die versie werd overgenomen door de regeringsgezinde media in Hongarije. Zijn aanwezigheid op een seksfeestje wordt bewust verzwegen. Het feit dat parlementsleden deelnemen aan feestjes terwijl wij thuis onze eigen familie nog niet mogen zien, is eveneens schokkend. Als extreemrechts of conservatief rechts nog eens over hypocrisie spreken, moeten ze misschien eerst eens naar hun ‘eigen volk’ kijken.