Bruno Verstraete, de voormalige uitbater van het Gentse Vlaams Blok-kafee De Roeland, heeft bekend dat hij z’n eigen kafee in brand gestoken heeft. Deze brand ( 10 juni ’97) kostte bijna het leven aan vijf inwonende fascisten en verwoestte het Vlaams Blok-sekretariaat dat op de bovenverdieping gevestigd was.
Het Blok schreeuwde moord en brand en organiseerde zelfs een betoging tegen de “rode terreur”, met Bruno Verstraete als “martelaar” voorop. De Militant wees er onmiddellijk op dat de brand het werk was van extreem-rechts (zie De Militant nr 165), maar “toen werd dit door niemand geloofd” aldus De Morgen. De verdeeldheid binnen het Gentse extreem-rechtse milieu zorgde samen met de financiële problemen van De Roeland ervoor dat Bruno Verstraete z’n eigen kafee in brand stak.
Vlaams Blok-leiders Vanhecke en Dewinter, die op 10 juni bij de eersten waren om de “linkse ratten” te veroordelen, verklaarden dat dit een “individueel geval” zou zijn en dat Bruno Verstraete in een vlaag van “zinsverbijstering” zou gehandeld hebben. Ze stelden zelfs dat hij “geen aktief Blok-militant is”, al kon Vanhecke “niet ontkennen dat Bruno Verstraete een VB-kafee uitbaatte”.
De aanslag van Bruno Verstraete is volgens ons echter geen “individueel geval van zinsverbijstering” maar een logische uitloper van de politieke strategie van het Blok. Na haar elektorale suksessen werd de partij overmoedig. Nadat ze de stemmen van de socialisten afgepakt hebben, willen ze de symbolen afpakken (Daens, Emile Moyson,…) en uiteindelijk ook de straat beheersen. Daartoe schrikken ze niet terug voor geweld.
In Brugge maakte een stoottroep van het Blok de straten onveilig: kafees werden binnengevallen, anti-Shell aktievoerders aangevallen,… Het Blok dacht zich alles te kunnen permitteren en kombineerde z’n “salonfähige” parlementaire politiek met straatterreur.
Hieraan kwam slechts een einde toen de tegenstand van de anti-fascisten harder was dan voorzien. Onder druk van de “Kampanje tegen fascistisch geweld” sloegen de stoppen bij de leider van de Brugse stoottroep, Jeroen Mol, volledig door. In een wanhoopspoging pleegde hij een granaataanslag op z’n eigen huis om links ervan te beschuldigen.
Ook in Gent lopen verschillende fascisten rond die opteren voor een openlijk gewelddadige politiek. Ze maken er geen probleem van om ruiten in te gooien of linkse aktivisten fysiek te intimideren. Net zoals in Brugge worden deze fascisten de hand boven het hoofd gehouden door de partij: zo konden de Vlaamse Jongeren Gent (VJG), die net als het Brugse NJSV (Nationalistisch Jongstudentenverbond) deel uitmaken van de Nationaal Revolutionaire Jongeren, in De Roeland bijeenkomen en er hun sekretariaat vestigen.
Opnieuw werden enkele fascisten overmoedig en één van hen, Bruno Verstraete, niet direkt de snuggerste, vatte het plan op om een kleine aanslag op De Roeland te plegen om nogmaals links te beschuldigen (hij had daar al ervaring mee, zo beschuldigde hij voordien 2 Militant Links-leden ervan hem aangevallen te hebben) en tegelijk zijn financiële problemen op te lossen door de verzekering op te lichten. Het vervolg kennen we: Bruno Verstraete misrekende zich en de brand verwoestte het volledige gebouw.
De voorbije periode leidde de overmoed van het Blok voor een aantal nederlagen voor de partij: de overwinning van anti-fascisten in Brugge, het debacle van de boycot van de Ijzerbedevaart, en nu de aanslag op haar lokalen door een partijmilitant. Deze nederlagen dwingen het Blok in het defensief. Ze moeten zelfs publiekelijk afstand nemen van de vechtersbazen die ze anders in bescherming nemen en zelfs materiële hulp aanbieden.
Het uitkomen van de ware toedracht van de brand in De Roeland betekent voor het Vlaams Blok een kaakslag. Het ontmaskert de ware aard van de partij: leugenaars en brandstichters. Hierdoor zal het Blok misschien niet veel stemmen verliezen – de sociale oorzaken voor de groei van extreem-rechts zijn er uiteraard nog steeds – maar het zorgt er wel voor dat het Blok voorzichtiger zal worden alvorens gewelddadig op te treden.