De tradities van gewelddadige neo-fascisten in Brugge

Brugge heeft jammer genoeg een rijke traditie aan gewelddadige extreem-rechtse incidenten en een aanwezigheid van allerhande neo-nazi’s. Dit zorgde de afgelopen decennia meermaals voor ernstige problemen. In 1997 leidde dit onder meer tot een nationale betoging tegen fascistisch geweld. We komen even terug op enkele feiten uit het verleden.

Jaren 1980: VMO, gesteund door jonge garde rond Dewinter en Vanhecke

De Brugse fascisten hebben een “grootse” traditie. De VMO (Vlaamse Militanten Orde) had er een aantal van z’n bekendste leden: de familie Spinnewyn. Roger Spinnewyn richtte in ’60 de Westvlaamse VMO-afdeling op. Hij was betrokken in operatie Brevier (het roven van het lijk van Cyriel Verschaeve uit Oostenrijk om het in Vlaamsche grond te begraven). Hij had de leiding over de VMO-commando’s bij de bestorming van het Voerense gemeentehuis (’79) en de inval in de Brugse Halletoren (’80).

Begin jaren 80 vervoegde een groep jongeren de Spinnewyn-kliek: het NJSV (Nationalistisch Jongstudentenverbond) onder leiding van Dewinter. Het NJSV vergaderde in het café van Spinnewyn en kon bij haar acties steeds op VMO-ondersteuning rekenen. Bij een herdenkingsplechtigheid voor Cyriel Verschaeve in ’84 waren er twee sprekers: Roger Spinnewyn en Filip Dewinter die het betreurde dat VMO-fuhrer Eriksson op dat ogenblik in de cel zat.

VMO- en NJSV-leden provoceerden in de jaren 80 herhaaldelijk de linkse cafés, zo werden herhaaldelijk ruiten ingegooid (waarvoor o.a. Martin Van Maele veroordeeld werd). Drie Spinnewyns werden veroordeeld voor slagen en verwondingen aan twee jongeren die een progressief café bezochten. Een café werd zelfs beschoten, net zoals het lokaal van het Masereelfonds. Hierbij werden zeer gevaarlijke dumdum-kogels gebruikt. Iedereen wist dat Alex Van Oeteren en de Spinnewyns de daders waren. Ze werden echter niet vervolgd.

Over de ideeën van het NJSV kon toen al geen twijfel bestaan: in het NJSV-lokaal in Sint-Niklaas ging op 2 maart ’84 een bijeenkomst door waarbij iedereen gekleed was als leden van de Klu Klux Klan. In het Waasland was het NJSV toen overigens ook erg actief: ruiten werden ingegooid, linkse activisten bedreigd,…

Eind jaren ’80 en begin de jaren ’90 kende het Vlaams Blok een sterke groei in de verkiezingen. De maatpakfascisten werden naar voren geschoven, of beter gezegd: de vechtersbazen deden een maatpak aan. Fysieke provokaties verminderden.

Midden jaren 1990: NJSV neemt de draad terug op

NJSV’ers, samen met enkele oud-VMO’ers (aangevuld met leden van Odal Actiecomité, een officieuze opvolger van de verboden privé-militie VMO, en de basis voor het latere Blood&Honour), begonnen midden jaren 1990 een offensief in Brugge. Het kwam daarbij meermaals tot geweld met tal van provocaties: een links café werd binnengevallen, op een anti-shell actie was er een fysieke aanval van een commando waarbij er een gewonde viel,…

Een neo-nazistische militant (Jeroen Mol) probeerde bij zijn verhuis van Limburg naar Brugge zijn naam alle eer aan te doen door te infiltreren in Blokbuster en Militant Links (de voorloper van LSP). Deze voormalige militair (die uit het leger was ontslagen wegens nazistische propaganda, ofte BBET-toestanden avant-la-lettre) werd al snel ontmaskerd en voerde nadien samen met de jongeren van het NJSV (Nationalistisch Jongstudentenverbond) actie. Het NJSV vergaderde in het lokaal van het VB in Brugge (toen nog aan de Potterierei). De groep verspreidde stickers met oproepen tot geweld en het kwam meermaals effectief tot geweld.

De autoriteiten weigerden op te treden tegen het geweld waarop anti-fascisten zelf in het verzet gingen. Met Blokbuster begonnen we een nationale campagne tegen fascistisch geweld met een mobilisatie naar een nationale betoging op 29 maart 1997. Die nationale campagne zette heel wat druk op extreem-rechts omdat het moeilijker was om ons van de straat te verjagen als we met grotere groepen campagne voerden. Tegelijk bezorgde dit de anti-fascisten het nodige zelfvertrouwen om de gewelddaden onder een ruimer publiek bekend te maken. Dit verhoogde de druk op het NJSV en bij één van de NJSV-leiders, Jeroen Mol, sloegen de stoppen door. Mol pleegde een bomaanslag op zichzelf om Blokbuster te beschuldigen. Jammer genoeg voor hem werden naderhand touwtjes waarmee hij aan zijn deur een granaat had bevestigd, teruggevonden in zijn broekzak. De Mol werd ontmaskerd en moest zich voor de rechter verantwoorden. Hij kreeg daarbij overigens de hulp van zijn advocaat, meester Rob Verreycken…

De campagne tegen fascistisch geweld in brugge zorgde voor een ommekeer. De afkeer tegenover het geweld was enorm en zorgde ervoor dat extreem-rechts in het defensief en zelfs in het isolement terecht kwam. Het VB deed er alles aan om de banden met het NJSV te ontkennen (ook al slaagde het Brugsch Handelsblad er wel in om de moeder van de toenmalige NJSV-voorzitter de uitspraak te ontlokken dat haar zoon weinig in de pap te brokken had in het NJSV en dat het eigenlijk Frank Vanhecke was die het voor het zeggen had…). De afkeer tegenover het zinloze geweld van neo-nazi’s en andere VB’ers zorgde ervoor dat ze niet langer in staat waren om zich openlijk en gewelddadig te organiseren.

Als de neo-nazi’s vandaag opnieuw de kop opsteken, weten we dat waakzaamheid geboden is. Indien er geen tegenreactie komt, zullen ze zich steeds openlijker en gewelddadiger manifesteren en proberen de straten te domineren door andersgezinden, migranten,… te laten kennismaken met hun vuisten. Om dat te vermijden, moeten we ons nu reeds organiseren.

29 maart 1997. 700 anti-fascisten op een nationale betoging tegen fascistisch geweld in Brugge

Een reactie achterlaten