Blood&Honour houdt het voor bekeken in Vlaanderen

Bij de concurrerende – maar intussen ook niet meer functionerende – groep Combat 18 werden ze omschreven als “biernazi’s”. De jongens en meisjes van Blood&Honour Vlaanderen lieten nu weten dat alle activiteiten tijdelijk opgeschort worden. De interne crisis kwam tot uitbarsten. Jammer genoeg betekent dit niet dat het neo-nazistisch gevaar is geweken.

Blood&Honour kent reeds een relatief lang en vooral grillig bestaan in ons land. De eerste stappen om een groep op te zetten dateren intussen reeds van zo’n 15 jaar geleden. Begin jaren 1990 trokken een aantal Brugse extreem-rechtse jongeren, waaronder de toenmalige Brugse VB-Jongeren voorzitter (die nadien aan de deur werd gezet na een discussie over wie al dan niet werd voorgetrokken door lokaal partijheerser Vanhecke), naar Engeland om er wat rechts-radicale Oi-concerten op te pikken. Ze organiseerden gelijkaardige feesten in West-Vlaanderen en daarbij kwam het onder meer tot gevechten. Toen Brugge midden jaren 1990 werd geteisterd door een golf van fascistisch geweld, stonden de aanhangers van Blood&Honour op de eerste rij. En dat in nauwe samenwerking met figuren die nauwer aan het Vlaams Belang waren verbonden. Toen het geweld danig de spuigaten uitliep, moest Frank Vanhecke op televisie komen verklaren dat de geweldenaars formeel niets met het VB te maken hadden. Insiders uit het VB betwistten toen reeds dat standpunt.

Het is vanuit deze groep dat uiteindelijk het huidige Blood&Honour Vlaanderen voortkomt. Na de optredens werd een winkeltje opgezet in het Brugse met skinhead-materiaal. Officieel was dit een niet-politieke aangelegenheid, maar in de realiteit werd het een aantrekkingspunt voor nazi-skins. In de buurt v an deze winkel kwam er dan ook nog een skinhead-café: De Kastelein. Het was voor dit café dat in mei 2006 een aantal aanhangers van Blood&Honour Vlaanderen, waaronder kopstukken van de groepering, een zwarte man in coma sloegen omdat hij een foute huidskleur had.

Qua zootje ongeregeld kan Blood&Honour Vlaanderen dus tellen. Van de concurrerende groep BBET (Bloed Bodem Eer Trouw – na de repressieve aanpak van deze groep omgedoopt tot Combat 18, maar ook deze groep is inmiddels platgelegd na onder meer een wapenvondst) kwamen originele omschrijvingen van B&H Vlaanderen. Ze hadden het over “biernazi’s” die in plaats van met politiek louter met alcohol bezig waren. Zelfs na de aanslag bij De Kastelein op een zwarte man kwam er kritiek van BBET, onder meer omdat de aanvallers hoogst waarschijnlijk al een goed stuk in hun kraag hadden op het ogenblik van de feiten.

De voorbije periode lag Blood&Honour steeds meer onder vuur. Het bleef een marginale groep van neo-nazi skinheads met een vrij grote turn-over. De nadruk lag op het organiseren van optredens en het drinken van bier. In Duitsland kwam Blood&Honour in de problemen toen bleek dat een leidinggevend lid reeds enige tijd samenwerkte met de politie. Samen met een repressievere aanpak zorgde dat voor een gedeeltelijke drooglegging van de groep. Ook in ons land had dit gevolgen, aanvankelijk door het aantrekken van Duitse neo-nazi’s bij optredens. Maar steeds meer door het overnemen van een repressievere aanpak waardoor de drempel werd verhoogd om bij de biernazi’s aan te sluiten.

Dat neemt op zich het gevaar natuurlijk niet weg. Het racistisch geweld in Duitsland blijft bijvoorbeeld toenemen. Een verbod op groepen als Blood&Honour maakt het hen moeilijker om zich te organiseren, maar neemt de voedingsbodem voor het ontstaan van kleine groepen totaal van de maatschappij vervreemde nazi-jongeren niet weg. Het feit dat het om erg kleine groepjes gaat, maakt wel dat de mogelijkheid om zich al dan niet makkelijk te organiseren een belangrijke invloed heeft. Maar het is niet de enige factor waarmee we rekening moeten houden.

In ons land kende Blood&Honour de afgelopen maanden steeds meer weerwerk. Nadat de media-aandacht rond BBET in september 2006 was overgewaaid en er bovendien een concurrerende groep grotendeels ontmanteld was, lag het terrein open voor Blood&Honour Vlaanderen. Er kwamen diverse bijeenkomsten met optredens en ook een actie aan het militair kerkhof in Lommel waar hulde werd gebracht aan gevallen SS-soldaten. In Lommel kwam er intussen een maatregel waarmee de nazi-bijeenkomst kan worden verboden. Probleem is natuurlijk dat die maatregel zodanig breed gesteld is dat het ook tegen de arbeidersbeweging kan worden gebruikt. Een verbod op nazi-acties verbinden met de openbare orde kan gevaarlijk zijn. Het punt is natuurlijk dat de nazi’s proberen om criminelen goed te praten teneinde zelf een gelijkaardige rol (op kleinere schaal gelukkig) te kunnen spelen. Een verbod van hun activiteiten afdwingen via juridische weg houdt gevaren in. Het maakt het hen moeilijker om zich te organiseren, maar uiteindelijk blijft de beste manier om een verbod af te dwingen de mobilisatie.

De neo-nazi’s beseffen het gevaar van een dergelijke mobilisatie en houden angstvallig hun bijeenkomsten en optredens geheim. En zelfs dan komen de neo-nazi’s regelmatig in de problemen. De verderzetting van BBET in de vorm van Combat 18 leidde al snel tot een gerechtelijk onderzoek waardoor de website van de groep plat ligt. Ook Blood&Honour Vlaanderen moet op haar tellen passen, zeker na de racistische gewelddaad in Brugge in mei 2006.

We juichen het toe dat Blood&Honour haar activiteiten stopzet en denken dat dit de algemene veiligheid zal vergroten. Maar de volgende generatie van vervreemde jongeren zit er al aan te komen. Zolang een samenleving niet in staat is om een positief toekomstperspectief aan te bieden aan alle jongeren, is er ruimte voor kleine groepjes gewelddadige neo-nazi’s. De band tussen kapitalisme en de opkomst van racisme werd bijvoorbeeld heel duidelijk in Oost-Duitsland waar de grote verwachtingen in de Duitse hereniging na de val van de Muur niet werden waargemaakt. Het resultaat was een golf van geweld en een opkomst van neo-nazistische groepen. Dat gaf mee aanleiding tot de Europese beweging tegen racisme begin jaren 1990 (onder meer na de aanvallen op een asielzoekerscentrum in Rostock).

Om te strijden tegen neo-nazi’s mogen we ons niet beperken tot juridische mogelijkheden. Het zal enkel door mobilisatie zijn dat we hen kunnen stoppen. Bovendien moet die mobilisatie gekoppeld worden aan een programma van maatschappijverandering. Een socialistische samenleving kan iedereen een toekomstperspectief aanbieden en kan zorgen voor een grote maatschappelijke betrokkenheid van een erg brede laag van de werkende bevolking. Onze anti-fascistische strijd maakt deel uit van ons verzet tegen het kapitalisme. We bestrijden dit systeem, alsook fenomenen die als schimmel op het rotte systeem groeien.

Geert Cool

Een reactie achterlaten