Op 2 januari overleed Otto Scrinzi op 93-jarige leeftijd. Scrinzi was jarenlang een kopstuk van extreemrechts in Oostenrijk. Scrinzi was er al vroeg bij als NSDAP’er en SA-leider. Na 1949 wordt hij verkozen in het Karinthische parlement voor het VdU (Verbund der Unabhängigen, voorloper van de FPÖ). Van 1966 tot 1979 zat hij voor de FPÖ in de Nationalrat (parlement). Hij onderhield goede contacten met de Duitse DVU. Begin jaren 1980 kwam hij zwaar in aanvaring met de liberale FPÖ-leiding en voorzitter Norbert Steger persoonlijk. Hij vormde de NFA, een oppositiegroep die eerst in en daarna buiten de FPÖ actief was. Als presidentskandidaat haalde Scrinzi in 1986 1,2% van de stemmen. Na 1986 en de machtsovername van Haider in de FPÖ werd hij opnieuw in de partij opgenomen. Bij de splitsing tussen BZÖ en FPÖ koos hij voor de hardliners en nam hij afstand van Haider.
Tot op het einde van zijn leven was hij actief in de extreme rechterzijde. De voormalige vice-voorzitter van de FPÖ verklaarde ooit: “Ik stond steeds aan de rechterkant, ook binnen de NSDAP.” Hij protesteerde tegen het verbod op openlijke steun aan het nazisme. Huidig FPÖ-voorzitter HC Strache verklaarde diep geraakt te zijn door het overlijden van Scrinzi. In het stukje dat de partij over het leven van Scrinzi publiceerde, wordt zijn betrokkenheid bij de NSDAP gemakshalve weg gelaten. Ook wordt niet vermeld dat hij in de jaren 1980 even brak met de FPÖ en al evenmin dat hij de afgelopen jaren afstand had genomen van Haider.